Ok, ik geef het toe. Ik ben gek op festivals in het Amsterdamse Bos. Ik was er de afgelopen jaren dan ook met enige regelmaat te vinden. Waarom trekt dit bos zo aan? Het grote, maar toch intieme terrein is zeker een reden, de tocht van de auto naar het festival door het verkoelende bos is er zeker ook een, maar de reden bij uitstek is in ieder geval omdat de festivals die er gehouden worden gewoon dik zijn.
Afgelopen zaterdag was daar weer een prima voorbeeld van. Tijd voor alweer de zevende editie van A Day at the Park. De dag dat ik tot het besef kwam dat het jammer was dat ik de andere zes heb gemist.
Zoals al eerder aangegeven is parkeren in Amsterdam vaak lastig. Bij het Amsterdamse Bos valt dat echter nog wel mee. Voor 15 euro mochten we onze bolide in een weiland stallen op loopafstand van het festival terrein. Loopafstand was in dit geval zeker een kwartier. Aangezien je bijna de complete wandeling onder het verkoelende bladerdak van het bos loopt is dit ook met een temperatuur van 26 graden prima te doen en kom je fris en fruitig bij het festival aan.
Net als andere jaren is de line up divers. A Day at the Park is een allround festival wat in tegenstelling tot veel andere hoofdstedelijke festivals geen muziekrichting kiest. Een blik hierop levert onder andere de volgende namen op: Franky Rizardo, Oliver Weiter, Dimitri, The Opposites, Don Diablo, Stimming, Benny Rodrigues, Cari Lekebusch, Derrick May, Yellow Claw, Matthias Tanzman, Sunnery James en Ryan Marciano en Paul Kalkbrenner. Muziek waarbij iedereen aan zijn trekken komt.
Naast de diversiteit aan muziek heeft ook de dorstige en hongerige festivalganger niets te klagen. Zo is het festival onder andere voorzien van een BBQ, een mosselbar, een frietstand, een pizzastand, een wijnbar, een cocktailbar en een koffiebar. Genoeg keuze om je muntjes kwijt te raken. Hot issue op de meeste festivals is natuurlijk het water. Je betaalde daar zaterdag twee munten voor, maar daar kreeg je dan ook een halve liter voor. Van al dat water moet je natuurlijk ook eens naar de wc en daar betaalde je een munt voor de hele dag. Daarvoor kreeg je wel keurige wc’s (geen dixies) en werden ze hele dag door ook schoon gehouden. Daar leg ik graag een muntje voor neer. En ja, ik weet ook dat ze met 15.000 bezoekers winst maken, maar het is dan natuurlijk ook een commercieel festival nietwaar. Water was overigens ook op de wc’s aanwezig, onder de vermelding dat het geen drinkwater was. Dat leek de doorsnee bezoeker niet echt te hinderen. Genoeg andere dingen waar je eerder buikpijn van krijgt natuurlijk.
Het festival kent officieel 5 grote stages waarvan je de mainstage al ziet en hoort zodra je het terrein oploopt. Het geluid en de aankleding van deze stage was dan ook waanzinnig. Qua aankleding gold dat overigens ook voor de rest van het festival. Aan alles was gedacht. Het hele festival straalde vreugde en plezier uit en dat merkte je ook aan de bezoekers. De sfeer was de hele dag fantastisch. Een praatje met een van de vele erg tevreden festivalgangers was dan ook snel gemaakt. Als reden voor hun komst gaf het grootste gedeelte aan dat dit gewoon een van de leukste festivals is.
Nadat we het terrein verkend hadden besloten we eerst maar eens een kijkje te nemen bij de prachtige mainstage. Deze kun je zaterdag nogmaals bewonderen bij Electronic Family. Achter de decks stond een DJ waarbij niet bij iedereen meteen een belletje gaat rinkelen. The Magician is echter die man die de remix maakte van Likki ly’s I follow Rivers waardoor het nummer alsnog doorbrak. Inmiddels is deze versie zo’n kleine 39 miljoen keer bekeken op YouTube. De beste man deed zijn naam die dag eer aan. Voor mij was hij dan ook de verassing van het festival. Hij werd opgevolgd door Andrea Oliva die het stokje perfect overnam en de inmiddels bomvolle mainstage voorbereidde op de man waar toch wel heel wat mensen naar uitgekeken hadden.
Paul Kalkbrenner hoeft natuurlijk geen uitleg. Na een kleine pauze in verband met het aanpassen van de booth pakte hij, gehuld in een tenue van Die Mannschaft, het met groot gemak weer op. Wat volgde was een diepe set met veelal bekende nummers met basslijnen die je ribben deden rammelen. De climax kwam uiteraard bij dat ene nummer. Onder luid gejuich werd dan ook Sky and sand ingezet.
Dat de bassliijnen niet overal voelbaar waren merkten we een uur eerder bij Oliver Weiter. Deze eigenzinnige Amsterdammer kon in zijn set op de Under de Radar stage niet overtuigen. Niet omdat hij slecht draaide, maar simpel zat omdat de kwaliteit van het geluid ver beneden peil was. Het gevolg was een ogenschijnlijk platte set.
Na Kalkbrenner besloten we toch nog even te gaan kijken op die stage waar inmiddels Dimitri achter de decks had plaatsgenomen. Helaas met dezelfde uitkomst. Na een half uurtje Cari Lekebusch en een ‘ Frankie Knuckles tribute’ draaiende Benny Rodrigues besloten we nog even Don Diablo te checken. Helaas net te laat. Ook op deze stage moest schijnbaar de booth omgetoverd worden. Dit echter niet ten na dele van de muziek, want deze draaide ook zonder dj probleemloos door.
Het grote nadeel van rondzwerven op een festival is dat je het risico loopt om “eruit“ te raken. Dit overkwam ons helaas ook, maar was dankzij een sprankelende Matthias Tanzman op de main snel opgelost. Om te voorkomen dat dit weer zou gebeuren werd besloten om dan maar af te sluiten op diezelfde stage bij Sunnery James en Ryan Marciano.
De keuze om deze heren af te laten sluiten was gelet op de verdere line up van de main muzikaal onbegrijpelijk. Eerlijk is eerlijk. Ik ben geen fan van de heren, maar enigszins moeite om er wat van te maken deden ze in mijn ogen ook niet.
Wat volgende was een wir war van bliepjes, piepjes en andere geluiden die bij mij dezelfde irritatie opwekken als de irritante geluiden die de meeste vaders onder ons wel kennen van kinderseries als Dora en team ummizoomi. Voor de lezer die dit niet kent: Niveau autoalarm. Ieder zijn ding natuurlijk, maar voor mij en vele die ik gesproken heb was de keuze voor beide heren een onbegrijpelijke. In hun eerste nummer vatten ze het zelf het beste samen “not everybody understands house music” .
Ondanks dat was het een geweldige dag in het park. A Day at the Park geeft je het totaalpakket wat je zou kunnen vergelijken met een fantastische gevulde picknickmand. Tja, en in alle picknickmanden zit wel eens een iets wat mensen niet lekker vinden.
Reporter:
Alexander Strack van Schijndel
Meer info evenement
Foutje gezien? Let us know!